Dit artikel gaat over een relatief onbekende elektrolytenstoornis, namelijk hypomagnesiëmie. De ECG kenmerken lijken op het eerste oog niet al te bijzonder, maar het kan toch akelig vervelend uitpakken. We gaan er eens induiken!

De normale serumwaarde voor magnesium is zo’n 0,7 tot 1,0 mmol/L. Vaak gaan problemen met het magnesium samen met problemen met kalium en calcium, maar het is natuurlijk wel mogelijk dat een te hoog magnesium op zichzelf staat. De meest voorkomende oorzaak van hypermagnesiëmie is nierfalen. Een iatrogene oorzaak zoals teveel magnesium suppleren komt echter ook heel veel voor. Daarnaast kunnen we het zien bij rhabdomyolyse, tumorlyse, bij gebruik van laxantia en door te hoge opname bij darmproblemen.

Magnesium in ons lichaam

Zoals reeds benoemd is de serumwaarde van magnesium in ons lichaam zo’n 0,7 tot 1,0 mmol/L. Intracellulair zijn de waarden een stuk hoger: 5 mmol/L tot zelfs 20 mmol/L. Daarmee is Magnesium intracellulair een enorm belangrijke stof (kation), zelfs de tweede meest voorkomende. De hoogste concentraties vinden we in de skeletspieren en hartspierweefsel. Extracellulair is magnesium het vierde kation. Een mens bevat in totaal zo´n 25 milligram magnesium.

Magnesium heeft cardiovasculaire effecten door invloed uit te oefenen op de ionkanalen, die verantwoordelijk zijn voor de in- en uitstroom van ionen. Zo heeft het bijvoorbeeld invloed op de activatie van Na+-K+ ATPase (de natrium-kalium pomp) en functioneert het als soort calciumantagonist. Een magnesiumtekort kan via deze route weer leiden tot een kaliumtekort en calciumtekort.

Magnesium wordt op zijn beurt ook weer veel toegediend bij tachy-aritmieën omdat het membraanstabiliserend werkt door juist in- en uitstroom van ionen te remmen. Het is bijvoorbeeld bekend bij de behandeling van Torsade de Pointes (TdP). Vermoedelijk werkt het daar zo goed omdat TdP vaak op basis van nadepolarisaties ontstaat en die zijn goed te onderdrukken met magnesium.

Magnesiumtransport en opslag

Magnesium wordt in ons lichaam getransporteerd door acht verschillende kationen: TRPM6, TRPM7, SLC41A1, SLC41A2, ACDP2, Mrs2p, MagT1, HSCF41 en Paracelline-1. TRPM7 is het meest selectieve transportmiddel voor magnesium en zit in verschillende organen zoals hart, bloedvaten, lever, milt, darmen en hersenen. TRPM6 reguleert magnesium voornamelijk via de nieren en darmen.

De opname van magnesium in ons lichaam gaat ook vrijwel volledig via de darmen. TRPM6 en TRPM7 hebben hier weer een belangrijke rol bij. De snelheid en hoeveelheid die je opneemt is niet afhankelijk van hetgeen je eet en drinkt, maar van de magnesiumstatus in je lijf. Als er meer behoefte is aan magnesium wordt er sneller meer opgenomen dan wanneer er voldoende magnesium aanwezig is. Die opname wordt weer beïnvloedt door de bijschildklier, via PTH (parathormoon). PTH heeft invloed op de magnesium reabsorptie in de nieren. Dit doet het door invloed uit te oefenen op de natrium- en chlooropname, dat indirect weer invloed heeft op het magnesium.

Bijna al het magnesium in ons lichaam is opgeslagen, minder dan 1% vinden we in de bloedbaan. De grootste opslagplaats zijn de botten. Er is een correlatie tussen magnesiumconcentratie in het bot en het bloed. In het bloed is tweederde geïoniseerd (ongebonden). De rest zit grotendeels gebonden aan eiwitten. De nieren filteren magnesium en resorberen zo’n 95% daarvan terug naar het bloed. De rest plas je uit.

Oorzaken hypermagnesiëmie

Zoals reeds benoemd is nierfalen de belangrijkste veroorzaker van hypermagnesiëmie. Hierboven is uitgelegd hoe belangrijk de nieren zijn ten aanzien van het handhaven van het magnesiumniveau in het lichaam, dus je begrijpt vast wel waarom mensen met nierfalen problemen krijgen met hun magnesium. Daarnaast kunnen andere ziekten, zoals hyperparathyreoïdie en hypothyreoïdie, zorgen voor hypermagnesiëmie door de absorptie van magnesium via de nieren te laten toenemen.

Een andere voor de hand liggende oorzaak is een verhoogde inname van magnesium. Het gaat dan met name om mensen met ziekten die verhoogde opname via de darmen veroorzaken, zoals obstipatie, ileus en M. Crohn. Ook het toedienen van bepaalde medicatie of stoffen met magnesium erin, zoals dialysevloeistof en laxantie, kunnen zorgen voor hypermagnesiëmie.

Magnesium kan ook vrijkomen uit de cel, en dus in de bloedbaan terecht komen, bij ziekten als tumorlyse syndroom en rhabdomyolyse. Dit kan ook het geval zijn bij metabole acidose en diabetische keto-acidose.

Gevolgen hypermagnesiëmie

De symptomen die iemand kan ervaren van hypermagnesiëmie zijn vrij breed en niet specifiek, waardoor het soms best laat of niet wordt opgemerkt. Concentraties van zo’n 1.05 en 2.2 mmol/L blijven vaak nog asymptomatisch, waar er bij concentraties van zo’n 2.2 en 3.5 mmol/L vage symptomen als duizeligheid en misselijkheid of verwardheid en spierzwakte optreden. Het wordt pas bij concentraties boven 3.5 mmol/L iets heftiger, met toename van verwardheid en hoofdpijn. Ook kunnen er dan zaken als blaasontsteking door een paralyse van de blaas en gastro-intestinale problemen optreden.

Bij concentraties boven 6.5 mmol/L treden doorgaans de meest heftige complicaties op, zoals bradypnoe, hypotensie, spierzwakte en ECG afwijkingen. Op de ECG afwijkingen gaan we hieronder in. Boven de 8.7 mmol/L krijgen we zaken als coma en cardiac arrest.

ECG bij hypermagnesiëmie

Het is lastig om informatie te vinden over de gevolgen van hypermagnesiëmie op het ECG, met name omdat het niet vaak in geïsoleerde vorm voorkomt en vaak gecombineerd is met verstoringen van het kalium. We weten wel dat je de volgende zaken kunt tegenkomen op het ECG bij hypermagnesiëmie:

  • Toename PR-interval
  • Toename QRS-duur
  • Toename QT-tijd (+QTc)
  • Bradycardie
  • Toename T-top amplitude
  • Bradycardie
  • AV-blokken
  • Asystolie

Behandeling hypermagnesiëmie

De behandeling van hypermagnesiëmie hangt met name af van de ernst en symptomen. Een milde hypermagnesiëmie met weinig symptomen behoeft mogelijk niet echt behandeling, waar bij ernstige symptomen en verminderde nierfunctie mogelijk wel behandeling nodig is. Als eerste is het natuurlijk zaak om een eventuele onderliggende oorzaak aan te pakken. Denk bijvoorbeeld aan nierfunctievervangende therapie als nierfalen de oorzaak is. Verder kan calciumgluconaat toegediend worden om met name de cardiale effecten te verminderen. Er kan ook fors infuus worden toegediend om als het ware te helpen uitspoelen van de magnesium via de nieren.

Afsluiting

Bedankt voor het lezen van dit artikel. Vergeet je niet te abonneren op ons YouTube-kanaal. Ook zijn we te volgen op LinkedIn en Instagram! Verspreid het kanaal ook vooral onder je collega’s en andere geïnteresseerden, dat wordt enorm gewaardeerd!

Categorized in: